Vertaalgedicht: Kocsi-út az éjszakában

door Endre Ady

Milyen csonka ma a Hold,
Az éj milyen sivatag, néma,
Milyen szomoru vagyok én ma,
Milyen csonka ma a Hold.
Minden Egész eltörött,
Minden láng csak részekben lobban,
Minden szerelem darabokban,
Minden Egész eltörött.
Fut velem egy rossz szekér,
Utána mintha jajszó szállna,
Félig mély csönd és félig lárma,
Fut velem egy rossz szekér.

Weg in de nacht

Wat is de Maan vandaag verminkt,
Stil en verlaten is de nacht,
Wat ben ik droefgestig vannacht,
Wat is de Maan vandaag verminkt.

Al wat heel was is gebroken,
Geen vuur vlamt hoog voor het doven
Alle liefde ligt in brokken,
Al wat heel was is gebroken.

Een boze wagen sleurt mij mee,
Als gevolgd door een verzuchting,
Half verstild en half rumoerig,
Een boze wagen sleurt mij mee.

Ady, Endre (1877-1919) is naast Arany János, Petöfi Sándor en Jószef Attila een van de bekendste en invloedrijkste Hongaarse dichters. Hij studeerde rechten, maar werkte als journalist. In zijn politieke opvattingen was hij progressief waardoor hij door conservatieven en nationalisten gehaat en door gelijkgezinden geliefd was. Tussen 1906 en 1911 heeft Ady zeven keer Parijs bezocht. Zijn gedichten zijn onder meer beïnvloed door de lectuur van Baudelaire. De invloed van Ady op het intellectuele leven in Hongarije was enorm. Hij was zeker de invloedrijkste schrijver in de periode tussen 1906 en 1919 het jaar van zijn dood.

Vertaald uit het Hongaars door Veronika Szirma-Milkó