Aanrecht

In de zevendelige serie 'Ondertussen', plaatst Mariëtte Baarda het bestaan op een bescheiden voetstuk. Vandaag deel 1: Billy Joel en een aarzelende, maar stemvaste klusjesman.


Lees hier ook de eerdere delen.


Er kwam een dikke, bezwete man een nieuw aanrecht plaatsen. Met het blad op zijn hoofd kwam hij de galerij op en was enkele minuten niet aanspreekbaar van uitputting. Vier hoog, acht trappen en dat op een bloedhete dag.

Een man van weinig woorden. Sloeg aanbod van water, koffie en boterhammen af en wachtte in een hoekje tot zijn hartslag en ademhaling tot bedaren waren gekomen. Daarna stalde hij zwijgend z’n gereedschappen uit, verrichtte wat metingen en toog aan het werk. Ik vond hem direct sympathiek; een groot kind met kortgeknipt rood haar, zachte ogen en sproeterig wit vel.

De geluiden van timmeren en boren uit de keuken waren snel vertrouwd geworden. In concentratie verzonken werkte ik door aan de administratie. Ik schrok op toen de man met z’n hoofd om de deur naar de piano knikte en vroeg of ik ook speelde. Dat deed hij namelijk zelf ook. Een blos kroop onder zijn sproeterige wangen.

Ik hoorde mezelf zeggen dat ik wel iets voor hem wilde spelen terwijl hij aan het werk was. Hij knikte verheugd. Met de deur wijdopen nam ik achter de piano plaats. Zou ik een stuk nemen dat ik zelf bedacht had? De man van het aanrecht zou dan de allereerste zijn die het hoorde. Eerst trilden mijn handen een beetje, maar al snel klonk de muziek zoals het hoorde. Een tijdlang klonk het geluid van kloppen en boren op de achtergrond, toen werd het stil. Ineens stond de man in de woonkamer en trok zonder iets te zeggen een stoel naast de pianokruk. Toen ik onder spelen opzij keek, zag ik dat hij zijn ogen gesloten hield.

‘Mooi,’ zei hij zacht, toen het stuk klaar was. Ik vroeg of hij nu iets voor mij wilde spelen. Zonder aarzelen zette hij zich achter de piano. Moeiteloos vonden zijn stevige vingers hun weg over de toetsen. Het intro van ‘She’s always a woman to me’ van Billy Joel vulde de woonkamer. Aarzelend maar stemvast klonk op kale akkoorden:


    She can kill with a smile
    She can wound with her eyes.


Nu begonnen de handen ritmisch van elkaar af en naar elkaar toe te bewegen. Zijn stem klonk nu precies als die van Joel. Verrast keek ik opzij. Het was prachtig. Verbijsterend. Dit was wie hij was. Terwijl ik naar dat grote lichaam keek dat deinde en wiegde, was het was alsof ik de tekst voor het eerst écht hoorde. Ik sloot mijn ogen. Het laatste couplet zongen we samen.

Toen we uitgezongen waren, bleven we zitten, ieder met onze eigen gedachten. Verlegen nam hij mijn complimenten aan. Ik vroeg hem of hij wel eens een carrièreswitch had overwogen. Hij lachte, terwijl zijn blauwe ogen me weemoedig aankeken. Toen stond hij op om zijn gereedschappen te verzamelen. Met het oude aanrecht op zijn hoofd verdween de galerij op. Het nieuwe blad blonk in mijn keuken.

Ik keek hem na in de deuropening. Voor hij in het trappenhuis verdween, zette hij het aanrecht neer en wuifde.