Je neemt jezelf overal mee

Twijfelt u deze zomer over weggaan of thuisblijven? Fabienne Rachmadiev gaat op een kleine exploratie van plaats en verplaatsing, waarin aan de hand van Seneca en Daniil Kharms het gevaar en de aantrekkingskracht van reizen wordt overwogen.

Uspallata, Chili



Iedere keer dat ik de landsgrens overga, denk ik aan een brief van Seneca aan Lucilius, die we moesten vertalen in de vierde klas van het gymnasium. In de brief geeft Seneca advies aan zijn vriend die niet zo lekker in zijn vel zit en daarom op reis is gegaan. Seneca waarschuwt Lucilius dat zijn problemen zich niet zullen oplossen door zich te verplaatsen, dat hij, waar hij ook zal gaan, de problemen gewoon met zich mee zal nemen. Eerst moet hij onder ogen zien wat er met hem aan de hand is, in plaats van te zoeken naar schijnremedies, zoals een wisseling van het landschap. Hoewel ik in mijn leven meer dan me lief is de landsgrens ben overgegaan, heb ik Seneca’s advies ergens toch ter harte genomen en ga ik altijd met tegenzin op reis - omdat ik daarvan op z’n minst niets heilzaams verwacht. Ik kan nu een zeer uitgebreide opsomming geven, maar iedereen die wel eens op reis is geweest, weet wat te verwachten, te beginnen met de immer onvoorspelbare samenstelling en geur van wispelturige medepassagiers, tot aan annuleringen, vertragingen, vieze wc’s, kwijtgeraakte bagage, voedselvergiftigingen, de vroegtijdige dood, etc.


Ondanks Seneca’s wijsheid, heeft reizen inmiddels absurde proporties aangenomen, we stoten daarbij zoveel uit dat we straks in ieder geval niet meer naar de zon hoeven omdat de planeet verschroeit, maar ook dat is niets nieuws. Wie zit er toch achter die merkwaardige propaganda van ‘jezelf vinden’, ’even lekker helemaal niets’, en ‘heerlijk genieten’? De vliegtuigmaatschappijen? Steden die zichzelf als toeristisch oord promoten? Wat neerkomt op de totale uitverkoop van een plek waar mensen moeten leven - een gegrond zijn zien te vinden, het simpelste en tegelijkertijd moeilijkste wat er is.

Is het ‘de massa’ die niet wil achterblijven bij de buurman/vrouw die net drie maanden door Zuid Amerika heeft gereisd, of twee weken op een Grieks eiland (‘gelukkig geen vluchteling gezien’, of: ‘je voelt je echt zo dankbaar dat je iets kunt doen’)? Mensen die ‘gewoon omdat het tof is’ naar Noord Korea willen, door Kazachstan willen fietsen of in een Mongoolse yurt willen slapen en zonder enige schroom gebruik maken van de cultureel ingegeven gastvrijheid aldaar? De Hongersteppe heet overigens niet voor niets zo. De planeet is verworden tot een pretpark voor zelfverwezenlijking en tijdelijke ontheffing uit het ‘gewone’ leven, maar dit is natuurlijk eenrichtingsverkeer. Wie wegens gebrek aan veiligheid en voedsel terecht op zoek gaat naar een beter heenkomen, wordt met bruut geweld geweigerd (tenzij je meer dan voldoende geld hebt, maar dat is een andere lamentatie).


De Russische schrijver Daniil Kharms waarschuwt ook tegen reizen, zij het om iets andere redenen:


Mijn mening over reizen is beknopt: indien op reis, ga niet te ver, want je zou zomaar iets kunnen zien dat onvergetelijk zal blijken. En wanneer iets zich al te hardnekkig in het geheugen nestelt, begint een mens zich ongemakkelijk te voelen, en vervolgens zal het zeer moeilijk zijn om nog met een levendige inborst door te gaan.


Ik las dit in de City Light Books Store in San Francisco - een akelig oord dat kapitaliseert op een illustere episode uit het verleden, de Beat Poets, en waar mensen foto’s maken en een hip boek kopen ter stilering van het eigen imago. Terwijl ik daar in die stad was, wenste ik dat ik er nooit naartoe was gegaan, ik had achteraf gezien genoeg kunnen hebben aan de foto’s en films, ik had niet hoeven zien hoeveel daklozen er waren, hoeveel ontredderden die zorg en aandacht nodig hadden, ik had niet hoeven horen hoe er in cafe’s alleen maar over apps en tech en geld gepraat werd en niet hoeven weten hoe deze twee soorten mensen zich handhaafden in een stad waar geen zuurstof meer was - Silicon Valley, Valley of Death. Slechts een glimp ving ik op van de Golden Gate Bridge - een vriendin daar vertelde me dat de stad uit esthetisch oogpunt geen veiligheidsmaatregelen wil nemen tegen de vele zelfmoorden waaraan de brug gelegenheid verschaft.

Seneca schreef overigens ook dat als Lucilius zich eenmaal senang voelde, hij best op reis kon gaan. Het is alleen geen wondermiddel, wilde hij maar zeggen. Dit is misschien ook wat Kharms bedoelde: je kunt zo uit het lood geslagen worden door de confrontatie met een ander, iets anders, dat je genoeg gegrond moet zijn om die schok op te kunnen vangen. En wie weet zal die ervaring je later alsnog bij de kladden grijpen.


Lang geleden bij een college filosofie over Kant, die nooit van zijn leven Koningsbergen heeft verlaten, stelde een jongen in een t-shirt met opdruk, wippend op zijn stoel, dat we Kant dan in zijn geheel niet serieus hoefden te nemen, want iemand die nooit reist, weet toch niets van de wereld. Ik stel me voor dat die jongen nu nog steeds - inmiddels een oudere jongere - van hot naar her reist, surft en duikt op exotische plaatsen, bergen beklimt, en dat allemaal op de foto zet, maar ondertussen… Vanwaar die onrust? Laten we (ik) toch gewoon eens een keer op onze plek blijven.
In een essay schrijft Natalia Ginzburg over wat het meest waardevolle is dat we kinderen kunnen meegeven, namelijk dat het belangrijker is om gewoon te zijn en te kennen, dan om allerlei uiterlijke successen te behalen, reisfoto’s op je social media te plaatsen, in een vliegtuig te wonen.


Seneca: “stoot jezelf af en toe voor het hoofd. Vale.”