Tijd van de aarde. Fragmenten uit de cyclus ontdaan van kenmerken

Met groot genoegen brengt de Internet Gids deze voorpublicatie uit 'Tijd van de aarde', (een deel van) de bundel 'vremya zemli' van de Russische dichter Galina Rymboe, vertaald door Pieter Boulogne en uitgegeven door Perdu. Lees hier 'fragmenten uit de cyclus ontdaan van kenmerken'.



ontdaan van kenmerken geen mannen en geen vrouwen
buiten klassen en etniciteiten


verwoeste landschappen


ontdaan van het herkenningsvermogen
begiftigd met een kortetermijngeheugen


en de herinnerende materie die de ruimtes voedt
geïsoleerd van de lichamen die de terreinen van de nederlaag bevolken



(...)
dit is het boek van de teloorgang, binnen de grenzen van het
geheugen gestouwd en in de vlakte waarop de scherven van
de schepping ontdaan van kenmerken gelegen zijn, weggeblazen
worden door de transfiguratiewind; van bij de kenmerken vandaan
– een moeder en een pulserende ader op haar hals; een trage bar,
de muren geverfd in het zwart; een slaaptoestand, terwijl hij zijn
gezicht afneemt dat in de muur afgebroken was; ik houd van jou
ik houd van wat je doet het lichaam van je afsmijtend tegen de
muur en een tweede hemel van zand opwerpend boven de woestijn
van het verlangen met een blik ontdaan van kenmerken zowel
overdag wanneer je even later groenten spoelt onder een rode
waterstraal als ’s nachts wanneer de droefenis van de beweging
het leven uit ons algemene lichaam spoelt in de richting van het
kwaad van de gewaarwording



(...)
een voetbalveld, getransfigureerd door een ontploffing; op zijn
grenzen een bijeenkomst van vrouwen rondom klinkende kegels
die de aarde opblazen, een aantal foto’s van de bijeenkomst,
erna vertoond in het hoofdgebouw onder het geraas van een
traumahelikopter;


een slijmerige minuscule boekrol, en hoe die uit mij is gevallen
tezamen met de resten van de navelstreng; het is geen boekrol
het is geen vrouw en het is geen lichaam, maar dat wat kijkt naar
het overblijfsel in het water door elkaar gehaald met bloed,
wachtend op een belletje uit het centrum, de buurt van de nood



(...)
de waterput van de ontmoeting. petroleum, de vorm van
het schrift bepalend, organische stemverbindingen stad in stad
uit voortbewegend, de slaap op industrieel linnen, de levitatie
van liefde binnenin een leeg billboard; tweetallen, op een stut
bij een kiosk genageld, fluisteren, omgebogen naar de aarde; zij
flaneert, terwijl ze de aarde uitademt, haar innerlijke dorp
ontdaan van rede, waar vogels een schutting boven de rivier
verheffen, slangen het moeras doen schuimen, waar de zwamvlok
over het duister van onze vormen zingt, de duizend jaar oude
computer van het bos knerpt;


cannabisreuzen op het t-shirt van een dof gemaakt lichaam;
een jager met een lens, vermoeid door de voeding uit de buis,
beweegt zich voort in de richting van de wilde houtskool, van
de weerklinkende kegel van de lege groeve met de schaduwen
van de werklieden, die in de richting lopen van de (moeder)melk-
centrale; nieuwe energie, een nieuw parlement, een ecofascist
met een elektronische pijp, zich log haastend naar een dubbeldate
in een straatcafé, veranderd door de ontploffing, een naargeestige
geweldenaar – een dichter met een roze boek, met een broek van
petroleum, in de schaduw van een verschralend bericht; een vogel-
skelet op de treden van een express-winkel hulpvoorzieningen
in de buurt, de buurt van de nood;


ijzeren ondergoed van vrouwen hunkerend in de buitenwijken,
heiligen met bier spelend met ballen van de herinnerende materie
op het gouden scherm zijn ze, ontdaan van kenmerken



(...)
wat doe je met het boek? ik eet het op, zoals jou, maak er een
tussenruimte van,– zoals iets wat met een afgekapte handpalm aan
de muur van de grot in dialoog treedt, doorheen een brede gleuf
bestraald door het ruwe licht van de zonsondergang, een sliert
buisvormige haren van het bultige voorhoofd afwerpend; 'dit is
de organische chemie van het kwaad,' zei het – zich tegen de muur
van het verkopende gebouw aandrukkend, de huidcape open-
knopend, 'je moet lucht uit het boek verslinden'; een weerklinkende
gleuf in zijn rode lichaam zettend, lachte ze, terwijl ze oude
windsels van het voorhoofd afwierp en door tedere berichten
oplichtte; ze wasten het eten in de zonsondergang, en de doden
sleepten ze weg naar hun bomen; wij sliepen, terwijl we bedekt
werden door kolonies paddenstoelen en nieuwe wezens, zoals een
duizend jaar oude computer die geen angst kent voor de binaire
code, voor de oorlogen ervan... en handvleugelige heiligen
schreeuwden op ons, het verstand barstte uit, als een vulkaan



(...)
er is iets veranderd in het boek van de teloorgang terwijl wij naar
een film keken in moeders appartement en modderstromen uit
de hemel liepen op het gesloten gebouw aan de overkant;


een schreeuw onder het dek van het helikopterplatform, onderaan,
en de zoon slaat met een lepel tegen het glas, woorden zonder
kenmerken uitsprekend;



(...)
placentavelden, kleine drone-demonen, hangend boven het
bedorven water, grijze camera’s van kamers;


onbestemd geruis in de burgerrangen; een strijder die een oude
schuit heeft ingenomen; en alcohol in de keel; en Charkov is het
hulpstation;


een vrouwensquad in een verlaten stad, een mond die zand
in plaats van water binnenkrijgt; een organische zwerm die
het teken wegvreet; een gletsjerverstand dat de aarde zingt;
Algerije – boven de aarde, en kolonies schuiven op:


de Syrische omwenteling is ingezet


(...)
Aino, omhuld door sneeuwsloten, trekken met woorden van
een dode taal overblijfselen van het wapen aan, en mijn lichaam,
vastgebonden aan een sneeuwscooter, wordt ook naar hen
getrokken; herten, bedekt met petroleum, kijken naar de water-
stromen, rot gras herkauwend; wanneer er één ontdaan van
kenmerken velen opmerkt, wanneer de uitbarstingen van de
volkeren suizen boven het water verdwijnend in het moeilijke
milieu, en daarna de lichamen vallen, verstijvend; 'we zullen
verder bewegen zonder volkeren' – de rode bibliotheek in het
verborgen dorp staat in brand, uit zichzelf deze woorden persend
voor het boek van de teloorgang



(...)
wat maakt de nacht rijp? het kwaad dat de leeftijd afneemt;
luidruchtige organismen, hangend boven de vernietiging, van
kenmerken ontdaan en met een verborgen betekenis: alles wordt
doorzien bezichtigd en alles is doorgezien: oververzadigd door
een bericht uit het boek van de teloorgang slapen we;


de zoon is met mij verenigd door een zwarte gedachtenstreng;


de sterren sissen boven de buurt, een giftige rook uitstotend, een
geest van doden uitstotend, hun gesinterde werkkledij, skeletten
van machines en oude werkbanken, rottend in de wolken; holle
informatie heeft de gedachtegang gekoloniseerd; wat gebeurt er
tussen bloedverwanten? er is geen bloedverwantschap, er zijn
gemengde symbolen, hun economie, de verschrikking van de aan-
raking, kleine schokjes van een plaats;


wat maakt de zoon veraf en dwingt mijn moeder om zich vreemd
in bochten te wringen bij de muur, wanneer in de kamercapsule
door wanbetaling geen licht is? dakloos is de wereld geworden.
waarom ontwaken wij die ontdaan zijn van de mogelijkheid tot
verplaatsingen, waarom zwijgen we, met tranen gekreukeld geld
overgietend




Vrijdag 1 maart om 20.00 vindt de boekpresentatie van 'Tijd van de aarde' plaats in Perdu, met o.a. Galina Rymboe, Vera Pavlova, Maria Stepanova en Nina Targan Mouravi.