ভূত

I.


De rand rond de betaalzone
is het vruchtbaarste gebied
de rivierdelta van de winkelvloer.
Artikels schieten omhoog
uit de zompige bodem
op punten in tijd en ruimte
waar ze niet thuishoren.
Nieuwe levensvormen
in een compact Fukushima.


Shop girls glijden over het spiegelgladde veld
vullen manden met katoen.


Ik stuiter tussen zones


non-plekken op de winkelvloer
gaten in het tijd-ruimteweefsel:
hoe goedkoper het textiel
hoe makkelijker het scheurt.


Ik zie iets flikkeren
tussen de kleerhangers
in de naad van een hemd
tussen roze polyestervezels
in de weerkaatsing van het licht op de tegels


een fragment
van een dubbelgeklapt lichaam
een verwrongen lichaam


een schaduwentiteit
die voorbijflitst onder het neonlicht


een zomerjurk wordt ontrafeld
door lichaamloze handen
gerimpeld door chemicaliën
letheïsch chloorbenzeen


verminkte handen
melaatse handen
grijpend naar mijn bleke huid
de $$$ die eronder zitten


ijskoud water drupt op de tegels
en ik ril in mijn black collar uniform


tussen winkelrekken in constante flux
verschijnt een gezicht


een vreemde uitputting
neemt bezit van mijn lichaam
rimpelt mijn huid
vezelt mijn kleren uit.


De vloer glimt, weerspiegelt mijn gezicht.
De witte tegels worden vloeibaar
en uit de melkachtige dieptes
rijst zij op.



II.


In gestolen tijd
geklokte tijd
sluit ik mijn ogen
en zie haar door de stoom verschijnen.


Waterdamp wordt van beneden naar boven
door het textiel getrokken
om de vorm vast te leggen
de dimensies te stabiliseren
de vezels te verzachten.


De oprijzende stoom
neemt de imperfecte lijnen met zich mee
de hardheid van de vezels
en vermengt zich met het zweet op haar gezicht
tast de muren af
vindt in de betonnen huls een smalle opening
en zweeft de stad in


versmelt met de vochtige atmosfeer
wordt aan flarden getrokken door de smog.


Druppels vallen van haar voorhoofd op t-shirts
op slipjes
en worden mee vacuüm verpakt
in transparant polytheen.


Ik vind systemen uit
waartoe ভূত en ik
allebei behoren


omdat ik verlang naar aanraking
omdat ik verlang naar vergiffenis
van een socio-economische Ander
die kleeft aan mijn slipje
een geografische Ander
die rondom mijn intieme zone spookt.


ভূত is de vertaling van een lichaam door de supply chain
een dun weefsel
vol leemtes tussen de data.


Ik vouw een t-shirt op
en reik terug in de tijd
beïnvloed het pad van de stoom door het garen
verander iets aan een vorm.



III.


In gestolen tijd
niet-geklokte tijd
mijn vingers in mijn slip steken


en niet mezelf voelen
maar een magere, verkrampte hand


niet mijn stad voelen
maar een uitgestrekte landmassa
divers van geografie, vegetatie
en politieke systemen


met vele tijdzones
die ik ook met mijn lichaam wil bestrijken


hier zijn tijd en ruimte ziek
en niet van mij.


Geen enkele opening voelen
op een gat in het textiel na


ieder uitgerafeld draadje een vinger
van bleke Bengaalse geesten


sankchinni
die naar mij grijpen
met elastische armen
mij door het textiel willen trekken
als een naald een draad.



IV.


Ik droomde over ভূত


Ether Tex Ltd.
New Wave Styles Ltd.
Phantom Apparels Ltd.


duizenden dunne betonnen verdiepen
boven de ademloze stad.


Ik nam de lift naar beneden
en viel
door lagen beton
door het moeras onder de stad
door de aardkorst
naar de kern


tot ik wakkerschoot
nog steeds onaanraakbaar
onder een film van koud zweet.


Opnieuw naar de winkelvloer trekken
die ook geen centrum heeft
net als ভূত’s uitdijende stad.


De weg die ভূত aflegt


is niet de weg van de kledij
die tot ons komt over het land
niet de weg van het pigmentpoeder
dat zich hecht aan de oppervlakte van vezels


ভূত reist naar me toe via het centrum van de aarde
als vloeibare verf, de vezels penetrerend tot in hun diepste kern.


Vezels zijn kleurloos
onaanraakbaar
onambigu
immuun voor $$$
en $$$.


Until they’re not.




Deze tekst maakt deel uit van de debuutbundel van Dominique De Groen, Shop Girl, die in oktober verschijnt bij het balanseer.