&2024

Poëzie / 10.06.24

Voorpublicatie de verwerping van het stilzitten

Lidy van Marissing

Ter gelegenheid van de uitreiking van de Sybren Poletprijs voor het oeuvre van Lidy van Marissing, publiceert DIG een viertal gedichten uit haar nieuwe bundel de verwerping van het stilzitten die gelijktijdig aan de uitreiking op 19 juni in De Brakke Grond zal verschijnen bij Uitgeverij het balanseer.

sprekers, zwijgers

de plooibaarheid van een gezicht
niet te zien is of de woorden uit die mond
passen op de dingen die men denkt aan te duiden

taal die half spreekt, half zwijgt, heen
en weer schommelend daartussen, ‘drukte van

jewelste, gesmak, al die geluiden’ – ‘betekenissen
moet je steeds loskloppen’ – ‘luister, ze
wiegen, ze worden als de woorden
door elkaar geschud door onzichtbare handen’

sommige dingen gaan stuk als je
ze uit elkaar haalt, ‘ik
weet van niks’, de plooibaarheid van stem
hoor je

wie het laatste woord wil hebben doet het
licht uit, de laatste regel
doet de deur dicht

posities verschuiven en blijven verschuiven

als zij niet net ergens vandaan komt gaat
zij er wel net naartoe

weer later is ze toch een eind
op weg, vaders hoed in lucht
gegooid, in berm laten liggen

alsof ze maar wat doet
lijkt het? ho, ho, pas op

hoofd vol zinnen
die ze nu gaat zeggen, schor en korzelig
buiten aan tafel naast pijnboom, tussen
twee zinnen is de hemel
betrokken, tussen ene en andere zin licht
bewolkt geraakt
(op scherm is gladde kop te zien die
mompelt, draait, dan wel dertig tellen zwijgt
dus liegt? ho, ho, pas op)

deze nazomernamiddag ook zo’n vlecht van
(on)voorstelbare verknopingen

af en toe staat iemand op om
in het water te springen

ook dit hier

ook dit hier
een plek waar buitenwereld is
binnengedrongen, iemand probeert dan de stromen
te overzien, vanuit welk gezichtspunt?

‘waar ze hun prooien vangen daar
blijven ze’ – hij lacht
met zijn hele krullenhoofd maar zij
alleen met mondhoeken, bovenlip

steeds meer gezichten schuiven over
elkaar heen, delen van gevlekte
figuren lopen in elkaar door, rinkelen en barsten

zakt vloekende kop van man in water
weg, naar diepten getrokken, gezogen
springt vrouw uit haar stoel, haar stoel achter
zich omver-
smijtend, luidkeels te laat

houtskool

sporen van wat ergens
is gebeurd; dagresten, gezichten

die je hebt gezien (de ogen als
de monden open of dicht), gezichten die
je nog hoort praten; ‘iets houdt niet op

als het voorbij is’; levens bij elkaar
gehouden door draden met losse eindjes of
in vegen van

houtskool; ‘in verschietende schaduw valt
geen gezicht toch te ontdekken?’; geluiden die

binnensmonds zich oprollen om
buitengaats zich te rekken en te rekken terwijl
hij praat

met ogen dicht terwijl
zij trommelt op tafel

Lidy van Marissing (1942) is schrijver, dichter, journalist en scenarioschrijfster. Ze debuteerde in 1968 met Ontbinding, een antiroman en publiceerde met Jacq Vogelaar en Daniël Robberechts Het mes in het beeld, een boek over montage. Ze was redacteur bij De Volkskrant en Tijdschrift Raster en schreef het scenario voor films van Frans van der Staak. Haar dichtbundel Zoek de lege gebieden werd in 2008 genomineerd voor de VSB Poëzieprijs. In april 2024 werd de driejaarlijkse Sybren Poletprijs voor experimentele literatuur aan haar toegekend.

Meer van deze auteur