Lopende zaken 2020

Poëzie / 25.05.20

Drie gedichten

Rinske Kegel

Watje

Je wacht zoals een vuurtoren
je kijkt over me heen
ik spring recht omhoog als een Masaikrijger
ik wil dat je me ziet als een mythisch wezen
je zegt advies te willen over een brilmontuur
maar je neemt nooit advies aan
ik spring tegen beter weten in
springen op Arnhem CS om gezien te worden
in een stad die lelijk is als een magnetron
ik ben tuinkers en jij een saucijzenbroodje
bij het afscheid zeg je
ik slaap er nog een nachtje over

Rode kool uit een potje

Er ligt een sprei van beige velours
over mijn beeld van jou
een stilleven van rode kool uit een potje
en spelfouten
een eend kwaakt herhalingen in mijn oren
metaforen die zomaar in slaap vallen
zoals na je vijftigste bij het tv kijken
ik weet dat je wilt dat ik bij je blijf
en ik zou graag willen
dat ik bij jou wil blijven
maar mijn hart klopt zo traag
de magie is diep in ons teleurgesteld

Op een kier

De mens die op een kier leeft
waakzaam als een jager in de spothut
maar die niet jaagt
de mens die zich aangevallen voelt
en leeft in een langdurige herfst

de mens die dit verdraagt
door het drinken van cola light
en het meepraten met de tekst van
once upon a time in the west
(al honderd keer gezien
door de brievengleuf van het leven)

de soort waarvan je zelf trekjes hebt
die hardnekkig zijn
deze mens mag je best in stukjes breken
als een zacht bitterkoekje

Rinske Kegel (Haren, 1973) is schrijver van poëzie en proza. Zij publiceerde o.a. in De Revisor, Kluger Hans, De Peziekrant en Het Liegend Konijn. Ze won de derde prijs van de Oostende Poëzieprijs 2013/2014 en de eerste prijs van de VUMC Poëzieprijs 2014 en 2016.  Ze trad op bij verschillende literaire festivals waaronder Dichters in de Prinsentuin. In november 2020 verscheen haar debuut Als het maar een vacht heeft bij uitgeverij De Zeef. Meer info is te vinden op www.rinskekegel.nl

Meer van deze auteur