Lopende zaken 2020

Poëzie / 13.05.20

Tot mijn zelf

Sacha Blé

I

Ik kende u, Mijn Zelf,
Uw blinkend blauwe
vergiet, Uw ontbijt
met havermout, Uw
milonga’s en wedstrijdziel.

Kom dan. Nu, Mijn Lief.
Met Uw bamboe
en Uw spek,
met Uw loden
ruggengraatgewelf.

II

Planksurf, Mijn Zelf,
met ontbloot bovenlijf,

loef op, hoewel maart,
in rotvaart, ouderwaarts -

Mensdomme, pel extra
gember en anijs,

neem onder de arm
een film van de Dardennes !

Houdt niet tegen
de doodswind,

de volle leegte
van elk zelf,

hang strak
in je trapeze, Zonnevlecht -

Glimlach ten slotte
op het grijze strand

als eerste: ze verwachten dat
van U, Zuursmoel, Zondagsschenner

III

Mijn Zelf, Zonnepaard,
Zonnespiegel, Zonnetafel:

Si deus pro nobis,
quis contra nos? -

Mijn Zelf, Etrusk,
Monniksoog, Refugekeuken:

Il n’y a que les morts
qui ne reviennent pas.-

Mijn Zelf, Lichtkaart,
Dwaalboek, Berken Telraam:

Wie zichzelf bewaart,
bewaart geen rotte appel

IV

Klis mij, Koekoeksjong,
Maartse Zon,

ding naar mij oneindig,
Kleilaag, Braambos -

Verklik mij, Tenor Levinas,
rook mij uit,

damp mij in,
Vrije Uitloop Stal –

Giet mij uit,
Sluis, Modderbad,

ding naar mij oneindig,
beman mij, Hart

Sacha Blé (1971) debuteerde in 2003 met de gedichtenbundel Afwezigheid. In het najaar van 2020 zal zijn zesde bundel verschijnen, Langzame zon. Hij studeerde onder meer Latijn, Grieks en Spaans in Gent en Cáceres (Extremadura), zijn tweede huid. Hij geeft deeltijds les in een middelbare Steinerschool.

Meer van deze auteur